In beginsel is de levering van een onroerende zaak vrijgesteld voor de heffing van omzetbelasting. Bij de levering van een gebouw of een gedeelte van een gebouw en het erbij behorende terrein vóór, op of uiterlijk twee jaar na het tijdstip van de eerste ingebruikneming alsmede de levering van een bouwterrein, door een ondernemer is omzetbelasting verschuldigd. Van belang hierbij is het begrip ‘nieuw vervaardigde onroerende zaak’. In deze ELN wordt ingegaan op recente jurisprudentie over een nieuw vervaardigde onroerende zaak.

In beginsel is de levering van een onroerende zaak vrijgesteld voor de heffing van omzetbelasting en is de verkrijger overdrachtsbelasting verschuldigd. De levering van een nieuw vervaardigde onroerende zaak is echter tot twee jaar na de eerste ingebruikname van rechtswege belast met omzetbelasting. In dat laatste geval kan voor de verkrijger een vrijstelling gelden voor de overdrachtsbelasting. Op deze samenloopregeling wordt nader ingegaan onder ‘verdieping’.

Het is helder dat bij een nieuwbouwproject sprake is van een nieuw vervaardigde onroerende zaak. Hiervan kan echter eveneens sprake zijn bij een ingrijpende verbouwing van een onroerende zaak. Als bij een bestaande onroerende zaak sprake is van ’nieuw vervaardigd’ wordt de levering hiervan van rechtswege belast met omzetbelasting en geldt in beginsel de samenloopvrijstelling voor de overdrachtsbelasting.